enveloppen
richtlijnen
●
Gebruik geen enveloppen die: klemmetjes of vensters bevatten; dikke,
onregelmatige of gekrulde randen hebben; glanzen of reliëf hebben;
gekreukeld, gescheurd of anderszins beschadigd zijn.
●
Lijn de randen van de envelop uit voordat u deze in de invoerlade plaatst.
●
Capaciteit van invoerlade: maximaal 10 enveloppen
voorbereiding voor het afdrukken
1. Trek de printerkap naar boven.
2. Schuif de papiergeleider naar links.
3. Trek de uitvoerlade naar boven.
4. Plaats de enveloppen met de afdrukzijde naar beneden en de klep naar links
aan de rechterkant van de invoerlade. Schuif de enveloppen zo ver mogelijk in
de printer.
5. Druk de uitvoerlade naar beneden.
6. Schuif de papiergeleider
stevig
tegen de rand van de enveloppen.
7. Trek de printerkap naar beneden.
afdrukken
1. Open het dialoogvenster
Eigenschappen voor printer
en selecteer de volgende
instellingen:
tabblad
instelling
Papier/
Kwaliteit
Formaat is
: gewenst envelopformaat
Type is
:
gewoon papier
2. Selecteer eventueel andere gewenste
afdrukinstellingen
en klik op
OK
.